Ga naar hoofdinhoud

Deel 1 - Algemene Voorschriften

HOOFDSTUK 1.1. INLEIDING

Dit hoofdstuk introduceert de basis van laag- en zeer laagspanningsinstallaties in België. Als praktische gids is ons doel om de essentiële normen die nodig zijn voor veilige en conforme installaties begrijpelijk en toegankelijk te maken.

Het AREI is opgedeeld in meerdere boeken om alle aspecten van elektrische installaties te dekken:

  • Boek 1: Installaties voor laag- en zeer laagspanning (deze gids).
  • Boek 2: Installaties voor hoogspanning.
  • Boek 3: Transport- en distributie-installaties voor energie.
Opmerking

Deze gids richt zich uitsluitend op Boek 1, dat bedoeld is voor laag- en zeer laagspanningsinstallaties, het meest relevant voor huishoudelijke en industriële toepassingen. De andere boeken, hoewel even belangrijk, richten zich op specifieke behoeften voor hoogspanning en energiedistributie.


HOOFDSTUK 1.2. TOEPASSINGSGEBIED

Dit hoofdstuk definieert het toepassingsgebied van de voorschriften van Boek 1 van het AREI. Het omvat laag- en zeer laagspanningsinstallaties voor de productie, omzetting, distributie en het gebruik van elektrische energie.

Sectie 1.2.1. Algemeen Regime

De voorschriften zijn van toepassing op installaties:

  • Voor nominale frequenties tot 10.000 Hz.
  • Die ook betrekking hebben op communicatie-, signaal- en stuurkabels, met name voor de brandpreventie (referenties: secties 4.3.3., 5.2.7., 5.5.6.).
  • Die betrekking hebben op veiligheidsinstallaties (branddetectie, inbraakbeveiliging).
Belangrijk

Bepaalde installaties, hoewel gevoed met laagspanning, kunnen extra maatregelen vereisen, zoals lichtreclames met een vermogen onder 200 VA.

Sectie 1.2.2. Uitzonderingen

Bepaalde installaties vallen niet onder de voorschriften van het AREI. Deze uitzonderingen omvatten:

CategorieBeschrijving
Transport en distributie van energieOpenbare installaties voor verlichting, verwarming en meting.
Spoor- en stadsvervoerElektrische aandrijving voor treinen, trams en metro's.
Militaire installatiesInstallaties opgezet of geëxploiteerd door militaire autoriteiten.
SpoorwegseininstallatiesSpecifieke signaleringssystemen voor de Belgische Spoorwegen.
Openbare telecommunicatieNationale defensie-infrastructuur en wegen.
Maritieme en luchtvaartinstallatiesInstallaties voor schepen en luchtvaartinfrastructuren.
IT- en beveiligingsinstallatiesAlarmsystemen en gegevens die onder de Privacywet vallen.

Deze uitzonderingen tonen aan dat het AREI voornamelijk van toepassing is op standaardinstallaties, maar specifieke normen kunnen van toepassing zijn in gespecialiseerde sectoren zoals transport en militaire installaties.


HOOFDSTUK 1.3. DOELSTELLING

Het doel van Boek 1 van het AREI is om duidelijke en verplichte regels vast te stellen om de veiligheid van laag- en zeer laagspanningsinstallaties te waarborgen. Deze voorschriften dekken de volgende aspecten:

  • Keuze van apparatuur
  • Bescherming van installaties
  • Veilig gebruik
  • Conformiteitscontrole
Voor wie?

Deze gids is bedoeld voor zowel professionele elektriciens als particulieren en biedt inzicht in de essentiële veiligheidsvereisten. Door deze voorschriften te volgen, draagt iedereen bij aan het voorkomen van risico's voor mensen en eigendommen.


HOOFDSTUK 1.4. FUNDAMENTELE PRINCIPES

Elektrische installaties moeten voldoen aan fundamentele principes om veiligheid, duurzaamheid en naleving van de AREI-normen te garanderen.

Sectie 1.4.1. Elektrische Installaties

De installaties moeten worden ontworpen met inachtneming van de nominale spanning, een belangrijke parameter die de technische en veiligheidsvereisten van de apparatuur bepaalt.

SpanningBeschrijving
2x230VEenfase zonder nuldraad, geschikt voor eenvoudige huishoudelijke installaties (verlichting, kleine apparaten).
3x230VDriefase zonder nuldraad, gebruikt in oudere of specifieke installaties.
1x400V+NEenfase met nuldraad, voor standaard huishoudelijke apparaten (verlichting, keuken).
3x400V+NDriefase met nuldraad, ideaal voor het verdelen van de belasting en het gebruik van krachtige apparatuur.

Verschillen, voordelen en nadelen van de verschillende spanningen:

  • 2x230V :

    • Voordelen: Eenvoudig en geschikt voor kleine apparaten.
    • Nadelen: Beperkt vermogen voor moderne, krachtige apparatuur.
    • Toepassing: Ideaal voor verlichting en kleine huishoudelijke apparaten.
  • 3x230V :

    • Voordelen: Driefasige distributie zonder nuldraad.
    • Nadelen: Minder compatibel met moderne apparaten die een nuldraad vereisen.
    • Toepassing: Oudere of specifieke installaties.
  • 1x400V+N :

    • Voordelen: Compatibel met standaard huishoudelijke apparaten.
    • Nadelen: Beperkt vermogen voor industriële apparatuur.
    • Toepassing: Geschikt voor moderne residentiële installaties.
  • 3x400V+N :

    • Voordelen: Ideaal voor belastingverdeling, compatibel met krachtige apparatuur.
    • Nadelen: Complexere en duurdere installatie.
    • Toepassing: Aanbevolen voor moderne huizen met hoge energiebehoeften.
Praktische Tips 💡

Voor nieuwe installaties is het aanbevolen om 3x400V+N te kiezen, omdat dit de belasting beter verdeelt en het energieverbruik optimaliseert, vooral in huizen met energievretende apparatuur zoals laadstations voor elektrische voertuigen.

Subsectie 1.4.1.2. Regels van goed vakmanschap − Naleving van normen

De installaties moeten worden uitgevoerd volgens de regels van goed vakmanschap, wat betekent dat ze voldoen aan erkende en goedgekeurde normen, hetzij door een Koninklijk Besluit of door het NBN (Belgisch Bureau voor Normalisatie). Deze normen garanderen een hoog niveau van veiligheid en betrouwbaarheid, in overeenstemming met de wettelijke vereisten en de beste praktijken van de sector.

Waarom normen naleven?

Door erkende normen te volgen, zorgen installaties niet alleen voor de veiligheid van de gebruikers, maar vergemakkelijken ze ook de inspecties en de naleving van de regelgeving.

Subsectie 1.4.1.3. Uitvoering en onderhoud

Om de veiligheid op lange termijn te garanderen, moeten de installaties:

  • Ontworpen zijn met veilige en normconforme materialen,
  • Aangepast zijn aan hun specifieke gebruik,
  • Makkelijk te onderhouden zijn.
CriteriumBeschrijving
Gebruik van veilige materialenKiezen voor gecertificeerde apparatuur die geschikt is voor het beoogde gebruik
Naleving van de bestemmingZorgen dat de installaties aangepast zijn aan de omgeving en de specifieke behoeften
Regelmatig onderhoudPeriodiek onderhoud plannen om risico’s te voorkomen en de levensduur van de apparatuur te verlengen
Let op!

Een slecht onderhouden elektrische installatie of het gebruik van niet-conforme componenten kan een gevaar vormen voor de veiligheid van personen en eigendommen.

Subsectie 1.4.1.4. Herstellingen, toevoegingen en wijzigingen

Herstellingen, toevoegingen en wijzigingen moeten worden uitgevoerd volgens de regels van goed vakmanschap en met gebruik van normconforme materialen, om de veiligheid en betrouwbaarheid van de installatie te behouden.

Type ingreepVereisteDoelstelling
HerstellingenGebruik van normconforme materialenVeiligheid en betrouwbaarheid van de installatie behouden
ToevoegingenVoldoen aan de huidige normenZorgen voor veilige integratie in het bestaande systeem
WijzigingenNaleving van de regels van goed vakmanschapContinuïteit van conformiteit en veiligheid waarborgen

Sectie 1.4.2. Elektrisch Materiaal

De keuze van kwalitatief elektrisch materiaal is fundamenteel voor de veiligheid en duurzaamheid van de installaties. Elk apparaat moet worden erkend als "veilig" en voldoen aan de regels van goed vakmanschap om zonder risico te worden gebruikt.

Subsectie 1.4.2.1. Veilig elektrisch materiaal

Alleen apparaten, machines en leidingen die voldoen aan de veiligheidsnormen mogen in installaties worden gebruikt. Het materiaal moet:

  • Gecertificeerd zijn volgens de geldende standaarden (bijv. CE-normen),
  • Aangepast aan de omgeving zijn (bestendig tegen temperatuur, vochtigheid, enz.),
  • Ontworpen zijn voor een specifiek gebruik (huishoudelijk, industrieel).
MateriaalVeiligheidscriteriaAanbevolen gebruik
Automatische zekeringenGecertificeerd, gekalibreerd naar het vereiste vermogenHuishoudelijk, industrieel
BekabelingBestendig tegen temperatuur en verwachte belastingVoor binnen- en buiteninstallaties
Huishoudelijke apparatenConform CE-normen en aangepast aan de circuitsHuishoudelijke installaties
Industriële apparatenSpecifieke normen voor de omgeving (bijv. brandwerend, hoge IP-bescherming)Industriële installaties

Subsectie 1.4.2.2. Herstellingen, toevoegingen en wijzigingen

Herstellingen en toevoegingen aan het elektrische materiaal moeten worden uitgevoerd met normconforme en veilige apparatuur.

IngreepAanbevolen praktijkDoelstelling
HerstellingGebruik van gecertificeerde vervangstukkenBehoud van conformiteit en veiligheid
ToevoegingInstallatie van recent en goedgekeurd materiaalIntegratie in het bestaande circuit verzekeren
WijzigingNaleving van de regels van goed vakmanschapBehoud van conformiteit van de installatie

Subsectie 1.4.2.3. Naleving van normen

Alle apparatuur en materialen moeten voldoen aan de eisen van sectie 5.1.3 van het AREI. Dit omvat CE-conformiteit en aanpassing aan omgevingsomstandigheden.


HOOFDSTUK 1.5. GRENZEN VAN INSTALLATIES

Elektrische installaties hebben technische beperkingen, en het is essentieel deze te begrijpen om overbelasting te voorkomen en een veilig gebruik te garanderen.

Belangrijkste grenzen van installaties:

  1. Belastingscapaciteit: De circuits moeten de belasting van de apparaten aankunnen. Overbelasting kan leiden tot oververhitting en brandgevaar.
  2. Maximale spanning en stroomsterkte: De installaties moeten voldoen aan hun spannings- en stroomcapaciteiten.
  3. Duurzaamheid en veroudering: De installaties moeten worden onderhouden om de effecten van veroudering te compenseren, vooral in extreme omgevingen.

Praktische gevallen voor het toepassen van de grenzen:

  • Huishoudelijke installaties: Het toevoegen van een laadstation voor elektrische voertuigen vereist een evaluatie van de capaciteit van het circuit.
  • Industriële installaties: Voor krachtige apparatuur is het essentieel om regelmatig de capaciteit van het circuit te controleren om overbelasting te voorkomen.
Praktische Tips

Raadpleeg altijd een erkende elektricien voordat u belangrijke wijzigingen aanbrengt in een bestaande installatie, om de grenzen van de installatie te evalueren en de veiligheid te garanderen.


Conclusion de la Partie 1 - Prescriptions Générales pour les Installations et Matériels Électriques

La Partie 1 du RGIE pose les bases essentielles pour la sécurité et la conformité des installations électriques. Elle détaille les exigences à respecter concernant la sélection des matériaux, la conception des installations, et la protection contre les risques électriques. Cette première partie est cruciale pour toute installation, car elle couvre les aspects fondamentaux qui garantissent non seulement la sécurité des utilisateurs, mais aussi la durabilité et la performance des équipements électriques.

Les principaux points abordés incluent :

  • Choix du Matériel : Il est essentiel de sélectionner des matériaux et équipements adaptés aux caractéristiques de chaque installation, qu’elle soit domestique, industrielle, ou commerciale. Ce choix doit être effectué en respectant les normes de qualité et de sécurité, garantissant ainsi une installation conforme et durable.

  • Protection Contre les Risques : La protection des personnes et des biens est primordiale. Cela passe par l’installation de dispositifs de protection contre les chocs électriques, les surcharges, et les courts-circuits. Chaque matériel utilisé doit répondre aux normes d’isolation et de résistance pour assurer une sécurité optimale.

  • Mise à la Terre et Schémas : La mise à la terre des équipements constitue un point central de la sécurité électrique. Elle permet de réduire les risques d’électrocution en cas de défaut et doit être effectuée conformément aux schémas de mise à la terre recommandés. Les schémas électriques, unifilaires ou de position, doivent être clairs et précis pour faciliter la compréhension et la maintenance des installations.

  • Documentation et Suivi : La partie 1 insiste également sur l’importance de maintenir une documentation complète des installations, incluant les schémas, les rapports de conformité, et les caractéristiques des équipements. Cette documentation est un support indispensable pour toute modification ou intervention future, garantissant la transparence et la traçabilité de l’installation.

En respectant ces prescriptions générales, les installations électriques deviennent plus sûres, fiables, et conformes aux exigences réglementaires. Elles posent les fondations d’une installation performante, limitant les risques d'accidents et facilitant les interventions de maintenance tout au long de leur cycle de vie.

Goede Praktijken - Samenvatting van Deel 1 🎯
  • Selectie van Normconform Materiaal 📦 : Kies gecertificeerd en goedgekeurd materiaal om de veiligheid en conformiteit van elektrische installaties te waarborgen. Naleving van de normen verhoogt de betrouwbaarheid en biedt optimale bescherming.

  • Naleving van de Regels van Goed Vakmanschap 🛠️ : Voer alle installaties uit volgens de regels van goed vakmanschap, met gebruik van conform materiaal en technieken. Dit vermindert risico’s en verhoogt de levensduur van de apparatuur.

  • Bescherming Tegen Elektrische Risico’s ⚡ : Installeer geschikte beschermingsapparatuur tegen overbelasting, kortsluiting en elektrische schokken om de veiligheid van gebruikers en eigendommen te garanderen.

  • Aarding en Schema’s 🌍 : Zorg voor een correcte aarding van de installaties volgens de aanbevolen schema’s. Dit minimaliseert het risico op elektrocutie en zorgt voor een veilige werking van de apparatuur.

  • Volledige en Actuele Documentatie 📄 : Houd volledige documentatie bij, inclusief schema’s, conformiteitsrapporten en kenmerken van de apparatuur. Goede documentatie vergemakkelijkt onderhoud en naleving van de voorschriften.

  • Regelmatige Controle en Onderhoud 🔍 : Voer periodieke controles uit om ervoor te zorgen dat de installaties conform en veilig blijven. Regelmatig onderhoud verlengt de levensduur van de apparatuur en voorkomt storingen.

Door deze goede praktijken uit Deel 1 van het AREI te volgen, legt u een solide basis voor veilige en conforme elektrische installaties.


Disclaimer :
De inhoud van deze site, docs.bativolt.com, wordt aangeboden door Bativolt, een erkend elektrotechnisch bedrijf. De informatie is bedoeld voor educatief gebruik en is gebaseerd op onze interpretatie en ervaring met het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (AREI). Bativolt kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor misbruik of onjuiste interpretatie van het AREI of onze documentatie.

Copyright © 2025 Bativolt. Alle rechten voorbehouden.
Het reproduceren van de inhoud van deze site, zelfs gedeeltelijk, is niet toegestaan zonder voorafgaande toestemming.